De vereniging van sport- en keuringsartsen (SKA) juicht enerzijds ieder initiatief toe dat een medisch onderzoek bij sporters stimuleert, anderzijds vindt zij het spijtig dat clubs voor een dergelijk onderzoek onmiddellijk naar de tweede lijn grijpen. De afgelopen jaren werd in samenwerking met de Vlaamse overheid een Vlaamse Aanbeveling Sportmedisch onderzoek (VASO) ontwikkeld, met als doel zo veel mogelijk jongeren en volwassenen op een gezonde manier te laten sporten en het risico op blessures en ziektes tot een aanvaardbaar minimum te beperken.
en dergelijk onderzoek beoogt dus niet alleen het risico op plotse dood te beperken maar tracht ook andere aanwezige medische problemen aan het licht te brengen. Bovendien gebeurt er tijdens het sportmedisch onderzoek een orthopedisch onderzoek met het oog op de kans op blessures tot een minimum te beperken. Dit sportmedisch onderzoek gebeurt bij voorkeur bij de sportarts of de huisarts met een speciale opleiding voor het uitvoeren van deze onderzoeken volgens het bestaande protocol. In geval van medische problemen kan er dan beroep gedaan worden op een specialist (cardioloog, pneumoloog, orthopedist...) voor verder onderzoek.
Via deze trapsgewijze aanpak vermijden we dat 'gezonde sporters' in wachtkamers van ziekenhuizen en specialisten terechtkomen, plaatsen die voorbehouden moeten blijven voor ‘patiënten’ met een 'pathologie'.
Een sportmedisch onderzoek is slechts zinvol vanaf de leeftijd van 6 jaar en wordt om de twee jaar uitgevoerd. Het omvat een grondige bevraging van persoonlijke en familiale voorgeschiedenis en een lichamelijk onderzoek. Per sport worden een aantal sportspecifieke testen uitgevoerd, deze worden geselecteerd op basis van de bij die sport meest voorkomende blessures. Een rustelektrocardiogram heeft pas zin vanaf de leeftijd van 14 jaar ( en wordt om de vier jaar herhaald). Dit onderzoek is een preventief onderzoek wordt niet terugbetaald door het RIZIV.
Een sportmedisch onderzoek bestaat dus uit meer dan een cardiologisch preventief onderzoek alleen. Bovendien zijn de Vlaamse cardiologen geen vragende partij om voor elke kandidaat sporter of topsporter een preventief onderzoek uit te voeren, wanneer dit perfect door de sportarts of bijgeschoolde huisarts kan gebeuren.
We moedigen alvast het initiatief aan om preventief te werken aan opleiding reanimatie en het voorzien van AED's (automatische electronische defibrillatoren) ,aangezien beide maatregelen bewezen hebben levens te redden.
Momenteel zijn er in Vlaanderen 200 erkende sportartsen die via de Vlaamse Aanbeveling Sportmedisch Onderzoek (VASO) recreatieve en competitieve sporters via een wetenschappelijk onderbouwde online module aan een sportspecifiek medisch geschiktheidsonderzoek kunnen onderwerpen.